Het ontwerp van de huisplaats van Huis te Wiel bestaat uit een zorgvuldige compositie van de bestaande boerderij, twee nieuwe woningen en een bijgebouw. Met de toevoeging van de nieuwe bebouwing is een hof gecreëerd op de plaats waar in een ver verleden het kasteel Huis te Wiel stond.
Een nieuwe inrichting en nieuwe gebouwen moeten uitdrukking geven aan een hedendaagse buitenplaats, maar wel eentje waar de veelzijdigheid van het verleden zichtbaar blijft. Gekozen is voor een echo van de historische opzet: ‘natuur’ voor het land achter de dijk, ‘nut’ voor het huiseiland en de boomgaarden en ‘cultuur’ voor het zuidelijk gedeelte.
De bestaande boerderij - een rijksmonument, in 1848 gebouwd na afbraak van het kasteel - is gerespecteerd als het meest belangrijke gebouw; de hiërarchie wordt versterkt door de nieuwe bebouwing een afgeleide te laten zijn van deze boerderij: in de nieuwe bebouwing wordt de dakhelling van de boerderij overgenomen; het verschil in nokrichting van het voorhuis en de deel van de boerderij komt terug in de nieuwe bebouwing.
Vanuit het uitgangspunt te streven naar een ingetogen en schuurachtige bebouwing is gekozen voor een eenvoudige architectonische opzet voor de bouwvolumes waarbij de constructie bestaat uit de repetitie van stalen spanten die een zinken dak dragen. Voor de gevels is gekozen voor een houten gevelbekleding van smalle verticale delen, zwart afgewerkt verduurzaamd vuren. De zwarte kleur verwijst naar de Betuwse context waar zwarte schuren vaak voorkomen. Ter plaatse van belangrijke bomen zijn in het bouwvolume uitsparingen toegestaan waardoor deze bomen behouden kunnen worden. Eenheid en samenhang in de bebouwing wordt versterkt door de toevoeging van structurerende elementen - vlonders en verhogingen - die de overgang tussen collectief en privé markeren.
De inrichting van de hof bevat elementen - een haag, formele vakken met beplanting - die refereren naar de historie van de locatie. In het ontwerp voor het masterplan komen de verschillende lagen uit de rijke historie van de buitenplaats terug.
De materialisatie van de nieuwbouw verwijst naar de agrarisch context, de hof en de compositie naar het verleden van het Huis te Wiel als buitenplaats.