De kleine langwerpige boerderij verkreeg 2 nieuwe uitbreidingen en een losstaand nieuw bijgebouw op het erf. Daarmede werd de woning georiënteerd op het achterliggende open landschap en verkreeg het een nieuw erf met intimiteit en uitzicht. Op dit nieuwe erf werd zowel de oorspronkelijke boerderij als de twee nieuwe uitbreidingen georiënteerd. De langwerpige uitbreiding fungeert als uitbreiding van het woonoppervlak, het andere deels in de grond verzonken volume fungeert als muziekruimte en herbergt een heus orgel van 4m1 hoog. De oorspronkelijke boerderij werd gerenoveerd en van al te historiserende elementen ontdaan. Alle 3 de nieuwe elementen zijn onderling verschillend t.o.v. elkaar gematerialiseerd maar met respect voor de oorspronkelijke gestucte boerderij niet identiek aan de oorspronkelijke materialisering. De woonvleugel verkreeg roestkleurige natuursteen leien met een zinken lessenaarsdak. De muziekvleugel is voorzien van profielglas-gevels en het losstaande bijgebouw is geheel van hout. De twee nieuwe volumes en de oorspronkelijke boerderij worden onderling gekoppeld met een U-vormige ontsluitingsroute, waar de einden van deze route uit bijzondere ruimte bestaat; n.l. de vierkante verticale woonkamer en de langwerpige horizontale muziekruimte.